- De Joodse Gelderlanders die de oorlog overleefden kwamen terecht in een samenleving die de hunne niet meer leek. Van de 6600 Joden die voor de oorlog in Gelderland woonden overleefde slechts 40 procent de oorlog. En terwijl de gruwelen van de oorlog in hun hoofden bleven rondspoken, omgebrachte familieleden en vrienden, moesten ze aan de andere kant de draad het 'gewone leven' weer oppakken. De overlevenden moesten na de oorlog hun identiteit en tradities opnieuw uitvinden.
Opgebouwd op de puinhopen van de Shoa
Veel synagoges waren de oorlog natuurlijk niet ongeschonden doorgekomen en veel van de voor Joodse diensten noodzakelijke attributen zoal Tora-rollen en voorhangsels waren vernietigd of verdwenen. Het opbouwen van een nieuwe gemeenschap was een kwestie van doorzetten en heel lange adem. Tien jaar geleden kreeg de Liberaal Joodse Gemeente Gelderland eindelijk vaste grond onder de voeten met de ingebruikname van haar eigen sjoel in Dieren, een klein wonder. Voorganger Mischa Schrijver van de Dierense Sjoel: "Vijftig jaar geleden kwamen een aantal gezinnen bijeen die dit opbouwden op het puin van de shoa. Iedereen verklaarde ze voor gek, en nu is het de best bezochte sjoel van Nederland, het is weliswaar maar twee keer per maand, maar er komen we 60 tot 80 man naar de dienst, en er zijn 20 kinderen op les. Het is de best bezochte gemeente in Nederland. In de sjoel in Amsterdam komen minder mensen, het is echt ongelofelijk, het wonder van Dieren. En dat allemaal dankzij die pioniers, die letterlijk op de puinhopen van de shoa zijn begonnen".
Toch weer een sjoel in Dieren
Lout Mogendorff heeft als jongetje ondergedoken gezeten in Dieren, vlakbij de sjoel, hij ging naar de kleuterschool als Loutje Reinders. Na de oorlog kwam bijna de hele familie terug en ging hij naar de Joodse les, en school. "Bij ons werd het joodse leven weer opgepakt. Mijn ouders leefden, oma leefde ook nog. De mensen pakten na de oorlog het leven weer op, op zaterdagmiddag was het echt gezellig, met mijn ouders, ooms en tantes, die hadden grote lol met elkaar. Achteraf denk ik, die hebben de meest vreselijke dingen beleefd, maar ze pakten het weer op en hadden plezier, ondanks alle verdriet". Lout is met zijn vrouw Margaret heel bevlogen bezig geweest om de Liberale Joodse gemeente in de regio weer een vast plek te geven, en uiteindelijk lukte dat in 2010 in Dieren.
Nijmeegse hotelier ziet ellende in Kamp Westerbork
De Joodse Nijmegenaar Theo Rubens wordt in de oorlog door politiemensen die NSB-lid waren in de val gelokt en opgepakt. In Kamp Westerbork werkt hij in de centrale keuken en sjouwt hij met poeptonnen voor joden die in de treinen naar de concentratiekampen worden gezet. Vanwege zijn gemengde huwelijk ontloopt hij transport naar de kampen. Theo staat uiteindelijk toch op de lijst voor de transport naar Auschwitz, maar dan wordt het kamp door de Canadezen bevrijd. In juli 1945 komt Rubens geknakt terug naar Nijmegen. De vriendelijke en hulpvaardige horecaman vindt zijn hotel Mariënboom als één grote puinhoop terug. Rubens spreekt nooit over de kamptijd en probeert zijn leven weer op te bouwen, hij wordt ziek en sterft in 1959.
Kijk naar 75 jaar vrijheid-op weg naar 2020, De Verdwenen Gemeenschap. Op TV Gelderland vanaf 17.20 uur en daarna ieder uur herhalingen. De uitzending is ook te zien op onze Facebook-pagina. Reacties op uitzendingen en artikelen over de Tweede Wereldoorlog kunt u sturen naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Foto: Gelders Archief