Op 15 juni 2019 werd voor het laatst de razzia van Beverwijk in 1944 in uitgebreide vorm herdacht. Exact 75 jaar nadat de Duitse bezetter Beverwijkers uit hun huis haalde en naar werkkampen stuurde, worden er bloemen bij het monument gelegd. Onder de herdenkers is Mary, dochter van kampoverlever Jaap Bos.

De razzia van 16 april 1944 was een reactie op aanslagen van het verzet. Het was de eerste huis- aan huisactie waarbij jongemannen van 18 tot 25 jaar uit Velsen en Beverwijk werden opgepakt. 486 jongemannen werden weggevoerd, 65 mensen kwamen in gevangenschap om het leven. De mensen die terugkeerden zijn slachtoffer voor het leven. Ze durven, mogen of kunnen er niet meer over praten.

Mary is de dochter van Jaap Bos, een overlever van de werkkampen. Haar vader kwam op 15 juni 1945 terug uit de kampen. De gebeurtenis raakt haar nog altijd en ze is al sinds 1969 aanwezig bij de herdenkingen op het Stationsplein. "Zoals vele overlevers heeft mijn vader hier heel weinig over verteld. Als kind heb ik meegemaakt dat hij 's nachts huilend door het huis liep. Of liep te schreeuwen, waar ik dan wakker van werd. En dan zei mijn moeder: 'ga maar weer slapen, want papa heeft naar gedroomd'."

Bijzonder

De herdenking, in deze uitgebreide vorm, is de laatste. Mary, ook secretaris bij Stichting Herdenking Deportaties 1944, vindt dat het moet worden voortgezet. "Ik denk dat mijn vader trots zou zijn", besluit ze geëmotioneerd.