AALTEN - Tijdens de bevrijding van de Achterhoek werd op 15 april 1945 in Aalten de Dutch National Battalion opgericht. Een eenheid die bestond uit leden van voormalige Achterhoekse knokploegen, op dat moment officieel Binnenlandse Strijdkrachten (BS) geheten, en onderduikers die in Aalten en omgeving een veilig onderkomen hadden gevonden. De mannen hadden zich vrijwillig gemeld na een oproep van de Canadezen. In no-time hadden die de beschikking over zo'n 400 oorlogsvrijwilligers, goed voor drie compagnieën.

Iedereen kent de Prinses Irene Brigade. In 1941 opgericht en bestaande uit naar Engeland ontkomen Nederlandse militairen, Nederlandse vrijwilligers die al in het buitenland zaten en zogeheten Engelandvaarders; mannen die op eigen houtje de overtocht maakten naar Engeland om van daaruit tegen de Duitsers te gaan vechten. De Irenebrigade trok vanaf de invasiestranden noordwaarts, vocht in Frankrijk, België en Zeeland en leverde kort voor de bevrijding haar laatste gevechten in de Bommelerwaard  bij Hedel. Minder bekend is die 'Achterhoekse' eenheid die meevocht met de Canadezen tijdens hun opmars naar het noorden.

Canadezen vragen en krijgen hulp

Het Dutch National Battalion (DNB) had haar thuisbasis in de Julianaschool in Aalten, voor de gelegenheid omgedoopt tot 'Prins Bernhard Kazerne'. Met hun kennis van het gebied bewezen de leden van het DNB de Canadezen waardevolle diensten. Uitgerust en bewapend door de Canadezen trokken de soldaten van het DNB langs de IJssel omhoog, via Doesburg, Steenderen en Gorssel.

 

Boek over de geschiedenis van het 'vergeten bataljon' (1984)

De mannen bewaakten de bruggen over de IJssel en trokken verder naar Apeldoorn. 'Hevige gevechten en verwoede tegenstand', aldus Aaltenaar Arnold Somsen, lid van het DNB in het boek Het vergeten bataljon, een uitgave van het Staring Instituut. 'Daarna, het was intussen eind april, trok het bevrijdingsleger in de richting Harderwijk, Bunschoten en Spakenburg. We werden ondergebracht in een school. 's Avonds wachtlopen. De Duitsers lagen nog in Eemnes. Vlakbij dus. Vuurgevechten en handgranaten heen en weer...'

Na de bevrijding is het DNB ingedeeld bij het regiment Infanterie van de Koninklijke Landmacht. Daarmee hield het 'Aaltense' bataljon officieel op te bestaan.