De Texlabunkers langs de Georgiëweg worden - alleen op speciale dagen - opengesteld voor het publiek. De gebouwen zijn onderdeel van het bloedige verhaal over de Georgische Opstand van april 1945. Er kwamen daarbij 120 Texelaars om het leven.
"Er heeft hier een bloedige strijd gewoed", vertelt Pieter Jan Kampstra van Atlantikwall Texel, een groep vrijwilligers die de geschiedenis probeert te inventariseren en behouden. "Dit was het hoofdkwartier van de landtroepen en verderop is de communicatiebunker, de verbinding tussen de vaste wal en de rest van het eiland." Het betonnen gebouw is van de zomer vrij gemaakt nadat het 70 jaar onder de grond heeft gelegen.
"Dit was een paardenstal", wijst eigenaar Barend Albers op het tweede gebouw. Deze heeft dikke bakstenen muren. "De voerbakken zitten er nog in. Het is een wonder dat dit bewaard is gebleven. Na de oorlog heeft er zelfs nog een gezin met elf kinderen in gewoond."
Opstand
In de nacht van 5 op 6 april 1945 komen de Georgische troepen, die aan het Oostfront door de Duitsers zijn ingelijfd, in opstand. Ze hebben te horen gekregen dat ze naar het front moeten om de Geallieerden tegen te houden. "De eerste nacht van de opstand zijn hier heel veel Duitsers letterlijk de keel door gesneden. Ze probeerden zo stil mogelijk deze batterij te veroveren", legt Kampstra uit aan NH Nieuws.
De Georgiërs krijgen het bunkercomplex, met toen 49 bunkers, in handen. Maar dat is maar voor korte duur: de Duitse commandant weet te ontsnappen en andere troepen te alarmeren. "De Georgiërs hebben alle Texelse mannen naar Texla laten komen om ze te laten meevechten. Ze zeiden dat Texel vrij was. Maar dat bleek niet waar. Als snel vielen de granaten en vielen de eerste burgerslachtoffers."
Uiteindelijk kregen de Duitsers het eiland weer in handen, al bleven de overgebleven partijen de wapens vasthouden uit angst voor elkaar, tot op 20 mei de Canadezen het eiland dan echt kwamen bevrijden. "Het heeft hier 70 jaar onder de grond gezeten. Elke keer als je er was, kwam je er langs en vroeg je je af wat er zou zitten", zegt Kampstra. "We willen het behouden voor het nageslacht, voor de jeugd die dit verhaal steeds minder kent."
De twee overgebleven bunkers zullen af en toe open gaan voor publiek, dit voorjaar moet dat voor het eerst gaan gebeuren. "Dan moet je denken aan dagen zoals Bevrijdingsdag", zegt Kampstra. In de gebouwen zullen dan ook voorwerpen uit de oorlog te zien zijn die zijn gevonden op het eiland.