APELDOORN - Een speciaal centrum in Apeldoorn houdt vanaf zondag de herinnering levend aan bijna 1300 Joden, die in 1943 massaal gedeporteerd werden van de psychiatrische inrichting Het Apeldoornsche Bosch naar vernietigingskamp Auschwitz. Een geschiedenis die lang weggestopt is, maar de laatste jaren weer heel actueel werd.

'Het verdriet van Apeldoorn', noemt Johan Kruithof het. Hij kent het verhaal van de joodse psychiatrische instelling met een aparte kinder- en jeugdafdeling inmiddels door en door. Maar dat geldt niet voor iedereen. Het was de enige plek waar Joden met een psychische aandoening werden ondergebracht. Ze woonden er en werkten er en werden behandeld door een team verpleegkundigen en artsen onder leiding van pedagoog Philip Fuldauer. 

Voorzitter Johan Kruithof van Stichting Het Apeldoornsche Bosch (de tekst gaat verder onder de foto):

Afbeelding
Foto: Omroep Gelderland

In de nacht van 21 op 22 januari 1943 ontruimden de Duitse bezetters de inrichting. Alle aanwezigen werden rechtstreeks naar Auschwitz gedeporteerd en daar ter dood gebracht. Sommige personeelsleden gingen met de patiënten mee, anderen sloegen op de vlucht.

Leerling-verpleger

Eli Asser was een van de personeelsleden die aan de dood ontsnapten. Hij werkte in 1943 als leerling-verpleger in Het Apeldoornsche Bosch en werd gealarmeerd dat de Duitsers eraan kwamen om de inrichting leeg te halen. 'Het gaf ons tijd om na te denken en ons te bezinnen op de vraag wat we gingen doen: gehoorzaam meegaan met de Duitsers of je verzetten. Je kon je niet verzetten, natuurlijk, maar je kon wel maken dat je wegkwam', haalde Asser op in een interview met Wiepke Nauta bij Omroep Gelderland in 2004. 

Het schrijnende van de keuze om te vluchten was dat het voor de bewuste personeelsleden voelde alsof ze de patiënten de rug toekeerden. 'Je voelde je een deserteur, je liet de mensen en de patiënten in de steek. Maar tegelijkertijd was er een gevoel dat áls je meeging, er niets meer aan te doen was', sprak Asser zestien jaar geleden.

Zie ook: Eli Asser overleefde de oorlog dankzij de liefde

Oud-wethouder van Apeldoorn en voormalig locoburgemeester Kruithof bevestigt die lezing. 'Er waren sterke geruchten dat het een moordpartij zou worden. Dat bracht het personeel in gewetensnood. Alle verpleegkundigen, artsen en psychiaters die een rol hadden in Het Apeldoornsche Bosch worstelden met hun geweten. Sommigen van hen vluchtten, anderen kozen ervoor om mee te gaan. En wie zijn wij om daar een mening over te hebben?', zegt hij. 

Rob Kleijs sprak vrijdagochtend op Radio Gelderland met Johan Kruithof, voorzitter van Stichting Het Apeldoornsche Bosch (de tekst gaat verder onder het fragment):

Kruithof is zondag aanwezig wanneer het herinneringscentrum opent. Enkele jaren geleden organiseerde geschiedeniscentrum CODA een tentoonstelling rondom Het Apeldoornsche Bos. Bij de aanwezigen daalde het besef in dat de fysieke plek, nu nog onderdeel van gehandicapteninstelling 's Heeren Loo, op den duur zou verdwijnen.

Blijvende herinnering

'Dat versterkte het idee dat iets moest gebeuren, dat we een blijvende herinnering moesten creëren', zegt Kruithof. 'Als de gebouwen verkocht worden of niet meer gebruikt worden, komen er misschien accountantskantoren op die locatie. En dan is het gebeurd met dit belangrijke verhaal', realiseert de voorzitter van Stichting Apeldoornsche Bosch zich. 

Hij noemt de deportatie uit Het Apeldoornsche Bosch een onderbelicht verhaal. 'Daarom ben ik zo blij dat het herinneringscentrum er komt. Daarmee wordt dit verhaal royaal onder de aandacht van Apeldoorners en Nederland gebracht. En dat is hard nodig. Binnen al die gruwelijke gebeurtenissen springt dit verhaal er nog eens uit qua dramatiek.'

Binnen al die gruwelijke gebeurtenissen springt dit verhaal er nog eens uit qua dramatiek
Johan Kruithof, voorzitter Stichting Het Apeldoornsche Bosch

Dankzij een samenwerking met meerdere partners is het herinneringscentrum nu verrezen. Zondag is de officiële opening. 'We willen twee dingen doen', vertelt voorzitter Kruithof. 'Enerzijds willen we gewoon het verhaal vertellen, dat voor velen nog zo onbekend is. Het is belangrijk dat mensen de gebeurtenissen tot zich laten doordringen.'

'Anderzijds willen we kijken of we, aan de hand van die tentoonstelling, instrumenten kunnen geven aan jongeren en schoolklassen. Want hoe gaan we nu met minderheden om? En kan dat anders of beter? We hopen dat dit centrum daar een bijdrage aan levert.'

Grote belangstelling

Het herinneringscentrum wordt zondag geopend door Gerdi Verbeet, voormalig Tweede Kamer-voorzitter en nu voorzitter van het nationaal comité 4 en 5 mei. 

De belangstelling voor de opening is enorm: plek is er nauwelijks meer. Kruithof hoopt dat het herinneringscentrum in de weken die volgen ook bezocht zal worden door velen. 'Zo'n herinneringscentrum is een plaatje van hoe het níet moet en wat er kan gebeuren als je de oorzaak van alle ellende bij één groep legt. Daar moet je over blijven praten.'

Zie ook: Arent Gans werd vermoord in Auschwitz, zijn mysterieuze tekeningen bleven achter