De radio's staan opgestapeld op een vloer van houten planken in een leslokaal in Vreeland. De Openbare Lagere School aan de Prins Hendriklaan is gevorderd door Duitse militairen. De bezetter wil voorkomen dat Nederlanders naar verboden zenders luisteren.

Dit jaar is het 75 jaar geleden dat Nederland bevrijd werd. Om de oorlogsjaren ook nu nog een gezicht te geven, startte onder de naam 'de Tweede Wereldoorlog in 100 foto's' een grote landelijke zoektocht naar foto's die een goed beeld van die tijd geven. Ook uit de provincie Utrecht kwamen indrukwekkende foto's.

De foto in het gemeentearchief van Nieuwgein belicht een belangrijk onderdeel van de Tweede Wereldoorlog: de rol van de radio. Televisie was er niet, social media zoals we die nu kennen waren amper voorstelbaar. In de jaren veertig was de Nederlandse bevolking afhankelijk van kranten en vooral de radio. Het medium was een belangrijke manier om propaganda van beide kanten te verspreiden.

Klein hakenkruis

Anno 2020 staan in Harmelen ook tientallen antieke radio's op planken. Technisch installateur Jos Mulder heeft een passie voor het mechaniek in de kasten. Hij verzamelt ze al jaren en heeft een aantal bijzondere exemplaren in bezit. Hij tovert een heuse Volksempfänger te voorschijn. Voorzichtig zet hij de radio op een bureautje. Net onder de speaker is een klein hakenkruis te zien.

"Deze radio werd door Hitler gebruikt om het volk voor zich te winnen. Ze waren relatief goedkoop en van goede kwaliteit", vertelt Mulder. "Het apparaat kostte 36 Deutsche Reichsmark. Net als de Volkswagen was deze radio in feite een geschenk aan de bevolking. Het gaf Hitler de kans zijn boodschap overal in Duitsland aan de man te brengen. Je kon er alleen Duitse zenders op ontvangen. Daar was over nagedacht."


Radiotoespraak door nazi-propagandaminister Joseph Goebbels, 6 april 1941. Foto: Beeldbank NIOD

De Duitse programma's waren populair in het Derde Rijk. Door de speaker klonk Duitse marsmuziek, afgewisseld met bulderende voordrachten van de Führer of andere Nazi-kopstukken. Toen Nederland bezet raakte dacht Hitler dat de programmering hier ook aan zou slaan. Om dat te forceren kwam er een verbod om naar andere zenders dan Duitse te luisteren. Maar al snel bleek dat er amper gehoor aan gegeven werd.

Radio Oranje

De koninklijke familie was kort na het uitbreken van de oorlog samen met het kabinet naar Londen gevlucht. Dat werd ze door veel Nederlanders niet in dank afgenomen. Maar helemaal uit beeld raakte de vorstin niet. Radio Oranje werd in het leven geroepen en de koningin sprak het volk bemoedigend toe. Ze moesten hoop houden, was de boodschap.


Vanuit Londen faciliteerde de BBC radiouitzendingen voor bezet Nederland waarin ook koningin Wilhelmina te horen was. Foto: BBC / Beeldbank NIOD (Bewerking door RTV Utrecht)

De BBC faciliteerde de uitzendingen die een kwartier duurden en iedere avond om klokslag negen uur te horen waren, in grote delen van Nederland overigens alleen via de korte golf vanwege Duitse stoorzenders. "Hitler kreeg ondanks de inzet van die stoorzenders door dat er toch massaal naar Radio Oranje geluisterd werd en dat de woorden van het kabinet en de koningin zijn eigen boodschap onderuit haalde", vertelt Mulder.

"In 1943 nam hij daarom een rigoureus besluit. Iedereen moest zijn radio inleveren. Ze werden vernietigd of overgebracht naar Duitsland. Het luisteren naar geallieerde zenders werd zwaar bestraft. Je ging op zijn minst de gevangenis in." Veel mensen die het verbod negeerden en werden betrapt kwamen in gevangenis Wolvenplein in Utrecht terecht.


"De burgemeester van De Bilt maakt het volgende bekend...", affiche mei 1943. Foto: Beeldbank NIOD (Bewerking door RTV Utrecht)

Verstoppen

Duizenden radio's werden na het decreet van Hitler daadwerkelijk ingeleverd, maar heel veel mensen bedachten een list, weet Mulder. "Als je bijvoorbeeld het geluk had twee radio's te hebben, dan werd de kapotte of minder dure radio ingeleverd. Het andere toestel werd dan bijvoorbeeld onder de vloer of op zolder verstopt. Er waren ook mensen die zeiden dat ze helemaal geen radio in bezit hadden."

De vader van Jos had in Harmelen een winkel waar radio's verkocht werden. Hij repareerde ze ook. "Toen het bevel kwam om ze allemaal in te leveren heeft hij contact gezocht met een zuster die aan het hoofd stond van de kleuterschool in het dorp. Die school zat toen in de kapel van Huize Gaza. De radio's konden daar op de zolder verstopt worden. Ook voor andere Harmelenaren die niet wisten waar ze hun radio moesten verstoppen was daar ruimte geregeld. Dat liep allemaal via mijn vader. Na de oorlog werden de radiotoestellen weer van zolder gehaald en aan de eigenaren teruggegeven."

De vader van Jos was in die periode actief in het Harmelense verzet. Dat kwam omdat hij naast het verkopen van radio's ook installatieklussen aannam. "Daardoor had hij een document waarmee hij buiten spertijd de straat op mocht. Hij kon zo berichten verspreiden en de verschillende verzetsgroepen in de omgeving met elkaar in contact brengen. Als hij de straat op ging voor een klus voor het verzet, legde hij elektriciteitskabels op het dashboard van zijn auto. Dan lieten de Duitsers hem gewoon door", vertelt Jos trots.

Nieuwe radio uit bevrijd Eindhoven

Op 18 september 1944 bevrijdden de geallieerden Eindhoven, een van de eerste steden waar feest gevierd kon worden. Vrijwel direct werden in de Philipsfabrieken weer radio's gemaakt, voor zover dat kon. "Er was een enorm tekort aan materiaal", vertelt Mulder terwijl hij voorzichtig de achterkant van een klein bruinkleurig radiootje opent. "De behuizing werd gemaakt van oude sigarendozen. Heel kwetsbaar dus. En de techniek in de radio was een kwestie van improviseren. Er kwam weliswaar geluid uit, maar heel zacht. Dus moest je echt met je oor naast de speaker gaan zitten. De radio kreeg zodoende de toepasselijke naam 'Luistervink'."


Verzetsman schrijft bij een kristalontvanger mee met een radiouitzending uit Londen over om de berichten via illegale krantjes verder te verspreiden, Baarn 16 maart 1945. Foto: Historische Kring Baerne (Bewerking door RTV Utrecht)

Ongeveer tegelijk met de lancering van de Luistervink werd in Nederland de opvolger van Radio Oranje gepresenteerd. Radio Herrijzend Nederland deed vanuit Eindhoven verslag van de bevrijdingsfeesten en kondigde voedseldroppings aan. Ook werd de opmars van de geallieerden gecovered. Voor de Nederlanders die nog maanden moesten wachten op de bevrijding waren de uitzendingen een houvast in de laatste dagen van de oorlog.

De beroemdste uitzending was die van 7 mei 1945. Frits Thors had op die dag de eer de overgave van de Duitsers aan te kondigen. Dat fragment is misschien wel het beroemdste radiomoment van de vorige eeuw. In januari 1946 zond Radio Herrijzend Nederland voor het laatst uit.