Op 20 november 1944 werd in Veenendaal een groep verzetsstrijders gefusilleerd. Eén van hen was dominee Bastiaan Jan Ader. Ader was vanaf 1938 dominee in Nieuw-Beerta. 

 Tijdens de oorlog werd zijn pastorie een centrum voor hulp aan Joden, onderduikers en piloten. Ader en zijn vrouw Johanna Adriana Ader-Appels namen acht onderduikers in huis en verzorgden voor vele honderden anderen een onderduikadres.

Reddingsplan

Ader was betrokken bij het redden van Joden uit de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam en hij was de spil achter een plan om de Joden in Kamp Westerbork te ontzetten. Zijn arrestatie op 22 juli 1944 verhinderde de uitvoering van het plan.

Aanslag

In het najaar van 1944 vond in Veenendaal een aanslag door het verzet plaats op een Duitse officier, die ernstig gewond raakte. Het lukte de Duitsers niet om de daders op te sporen en als represaille schoten ze zes verzetsstrijders die al in de gevangenis zaten dood op de plek van de aanslag. Ader was een van de slachtoffers.

Monument

Sinds 1948 staat op deze plek een monument in de vorm van een houten kruis. Sinds een aantal jaren is het monument geadopteerd door het Ichtus-College uit Veenendaal, dat jaarlijks een herdenking organiseert.